01
Hauptgebäude
(Nordgiebel an der Stadhouderskade) um 1905
Hoofdgebouw (noordgevel aan de
Stadhouderskade) ca 1905
Das Museumsgebäude
Am 19. November 1798, rund drei Jahre nach Gründung
der Batavischen Republik (1),
beschloss die Regierung auf Vorschlag von Isaac Gogel (2)
ein nationales Museum nach französischem Vorbild zu errichten. Das
Museum wurde 1800 in Den Haag als Nationale Kunst - Gallerij im Huis
ten Bosch gegründet, um Sammlungen niederländischer Statthalter
auszustellen. Auf Befehl Königs Louis Bonaparte (3)
wurden die Sammlungen 1808 nach Amsterdam in das königliche Palais
gebracht.
Nach dem Regierungsantritt von König Willem
I. (4) kamen Kupferstich-
und Gemäldesammlung ins Trippenhuis am Kloveniersburgwal (5), andere Sammlungs- bereiche gingen zurück nach Den Haag.
1863 wurde ein Architektur-Wettbewerb für
ein neues Museumsgebäude ausgeschrieben, doch alle Entwürfe
entsprachen nicht den Erwartungen. Der spätere Architekt Pierre
J.H. Cuypers (6) erreichte
bei diesem Wettbewerb den zweiten Platz. Die Entwürfe von Cuypers
waren Kombinationen aus Gotik- und Renaissanceelementen. Man
rechnete der Gotik vielfach katholisch - religiöse Elemente zu,
sodass dieser Stil im protestantischen Holland kein besonderes
Ansehen genoss. Wahrscheinlich ging man auch davon aus, dass ein
Bauwerk im Stil holländischer Früh- Renaisssance besser geeignet
sei, die Werke holländischer Renaissance-Maler aufzunehmen.
Die Konkurrenz beider Stilrichtungen bewirkte
eine Veränderung der Pläne durch Cuypers, der bereits mit großem
Erfolg große Projekte in verschiedenen Städten des Landes
verwirklicht hatte. Am 12. Juli 1876 wurde Pierre J.H. Cuypers zum
Architekten für den Neubau des Museums ernannt und der Grundstein
am 1. Oktober 1876 gelegt.
Dass es überhaupt zum Bau des Rijksmuseums
kam ist Jonkheer Victor de Stuers (7)
zu verdanken, der als Referent der Abteilung Kunst und Wissenschaft
beim Innenministerium sich mit viel Elan für den Bau einsetzte. Bei einem zusätzlichen Wettbewerb wurden B. van Hove
(8)
und J.F. Vermeylen (9) für
die Skulpturen, G. Sturm (10)
für die Malerei und W.F. Dixon für die Glasgestaltung ausgewählt.
Der Neubau des Museums wurde am 13. Juli 1885
eröffnet. Die Gestaltung der Außenwände war zu diesem Zeitpunkt
allerdings bei weitem noch nicht abgeschlossen.
De museumgebouwen
Op 19 november 1798, ongeveer drie jaar na
de oprichting van de Bataafse
Republiek (1), besloot de
regering naar een voorstel van Isaac Gogel (2) een nationaal museum naar Frans voorbeeld te stichten. Het museum
werd in 1800 in Den Haag als Nationale Kunst – Galerij in het Huis
ten Bosch – gesticht om collecties van Nederlanse stadhouders tentoon
te stellen. Op bevel van koning Lodewijk Napoleon (3)
werden in 1808 de verzamelingen naar Amsterdam in het koninklijk
paleis ondergebracht.
Na het aantreden van koning Willem I
(4)
kwamen de prenten- en schilderijencollectie in het Trippenhuis aan
de Klovenierswal (5) en
andere verzamelgebieden terug naar Den Haag.
In 1863 werd een
architectuurprijswedstrijd voor een nieuw museumgebouw uitgeschreven. Maar alle ontwerpen voldeden niet aan de
verwachtingen. De
latere architect Pierre J.H.
Cuypers (6) bereikte bij
de prijswedstrijd de tweede plaats. De ontwerpen van Cupers waren
combinaties van elementen uit de gotiek en renaissance.
Men rekende veelal
katholieke-religieuze elementen tot de gotiek, zodat deze stijl in
het protestanse Nederland geen bijzonder aanzien genoot.
Waarschijnlijk ging men er van uit dat een bouwwerk in de stijl van
Nederlandse vroeg-renaissance
geschikter was voor het opnemen van de werken van Nederlandse
renaissanceschilders.
De
concurentie van beide stijlrichtingen bewerkstelligde een wijziging
van de plannen van Cuypers, die reeds met veel succes grote
projecten in verschillende steden verwerkelijkt had. Op 12 juli 1876
werd Pierre J.H. Cuypers tot de
architect voor de nieuwbouw van het museum benoemd en de eerste
steen werd op 1 oktober 1876 gelegd.
Dat het überhaupt tot de bouw van het
Rijksmuseum kwam is te danken aan
Jonkheer Victor de Stuers (7),
die zich als referent van de
afdeling Kunst en Wetenschap bij het ministerie van binnenlandse
zaken met veel elan de bouw inzette.
Bij een toegevoegde prijswedstrijd werden voor de beeldhouwwerken B.
van Hove (8) en J.F.
Vermeylen (9) uitgekozen,
voor het schilderwerk G. Sturm (10)
en W.F. Dixon voor de vormgeving van het
glas.
De nieuwbouw van het museum werd op 13
juli 1885 geopend. De vormgeving van de buitenmuren was op dit
tijdstip nog op geen stukken na afgesloten.
Arbeiten der Firma Villeroy & Boch
Am 14. Oktober 1893 schloss Architekt Pierre
J.H. Cuypers für den Staat der Niederlande mit den Fabrikanten
Villeroy & Boch (11)
aus Mettlach einen Vertrag über die Lieferung von Fliesengemälden
für die Fassaden des in holländischer Neo-Renaissance errichteten
Museumsgebäudes. Er war dazu durch Erlass des Innenministers vom
10. Oktober 1893 ermächtigt. Es war für das junge Unternehmen von
der Saar ein ehrenvoller und künstlerisch wichtiger Auftrag. Noch
heute findet man die großen, nach Entwürfen von Georg Sturm
angefertigten, Fliesentableaus an den Türmen und Außenwänden. Das
Programm der Fliesengemälde wurde durch Cuypers und de Stuers
festgelegt. Beratend tätig war Alberdingk Thijm (12).
In meinem Bericht
beschränke ich mich auf von Villeroy & Boch gelieferte
Tableaus. Für Fliesentableaus am Rijksmuseum zeichnen u.a. auch J.
van Hulst aus Harlingen (13)
und J. Schoonenburg en J. Maks (14)
aus Amsterdam verantwortlich.
Werken van de firma Villeroy & Boch
Op 14 oktober
1893 sloot architect Pierre J.H. Cuypers een verdrag tussen de staat
der Nederlanden en de fabrikant Villeroy & Boch (11)
uit Mettlach over de levering van de tegelschilderijen voor de façaden
in Nederlandse neo-renaissance stijl van het museumgebouw. Hij was
daartoe gemachtigd door een besluit van het ministerie van
binnenlandse zaken. Het was voor de jonge onderneming aan de Saar
een eervolle en artistiek belangrijke opdracht. Tot op de dag
vandaag zijn de grote naar ontwerpen van Georg Sturm gemaakte
tegeltableaus aan de torens en buitenmuren te zien. Het programma
van de tegelschilderijen werden door Cuypers en De Stuers
vastgelegd. Alberdingk
Thijm (12) had vooral een
adviserende rol.
In mijn bericht
beperk ik mij tot de door Villeroy & Boch geleverde tableaus.
Voor tegeltableaus aan het Rijksmuseum zijn onder andere ook J. van
Hulst te Harlingen (13) en
J. Schoonenburg en J. Maks (14)
uit Amsterdam verantwoordelijk.
Hauptgebäude (Nordgiebel an der
Stadhouderskade)
Den Mittelgiebel und die Türme des Hauptgebäudes
schmücken 27 Fliesentableaus. Neben dem runden Wappen der
Niederlande in der Spitze des Mittelgiebels sind es 26 Ritter, die
Standarten mit Wappen von Städten tragen, die in der niederländischen
Kunstgeschichte eine wichtige Rolle spielten.
Linker Turm
|
Mittelgiebel
|
Rechter Turm
|
Tableaus an der Vorderseite:
Groningen, Kampen, Utrecht, Deventer und
Zwolle.
Tableaus an der Seite:
Breda, ’s Hertogenbosch, Bolsward und
Leeuwarden
|
Das Wappen der Niederlande
(Je maintiendrai)
darunter
Amsterdam, Den Haag
und darunter
Rotterdam, Dordrecht, Delft, Haarlem,
Leiden und Gouda
|
Tableaus an der Vorderseite:
Maastricht, Nijmegen, Roermond, Arnhem
und Zutphen.
Tableaus an der Seite:
Hoorn, Alkmaar, Middelburg und Zierikzee
|
Hoofdgebouw
(noordgevel aan de Stadhouderskade)
De middengevel en de torens van het
hoofdgebouw worden versierd door 27 tegeltableaus. Naast het ronde
wapen van Nederland in de top van de middengevel dragen 26 ruiters
de standaarden met de wapens van de stad die een belangrijke rol in
de geschiedenis van de Nederlandse kunst hebben gespeeld.
linker toren
|
middengevel
|
rechter toren
|
Tableaus aan de voorkant:
Groningen, Kampen, Utrecht, Deventer
en Zwolle.
Tableaus
aan de zijkant:
Breda, ’s Hertogenbosch, Bolsward en
Leeuwarden
|
Het wapen van Nederland
(Je maintiendrai)
daaronder
Amsterdam, Den Haag
en daaronder
Rotterdam, Dordrecht, Delft, Haarlem,
Leiden en Gouda
|
Tableaus aan de voorkant:
Maastricht, Nijmegen, Roermond, Arnhem
en Zutphen.
Tableaus
aan de zijkant:
Hoorn, Alkmaar, Middelburg en
Zierikzee
|
02
Hauptgebäude
von der Anlegestelle Stadhouderskade aus bei einer Grachtenrundfahrt
im August 2012 fotografiert.
Hoofdgebouw vanaf de aanlegsteiger bij een
rondvaart door de grachten in augustus 2012 gefotografeerd.
Vom Wappen der
Niederlande befindet sich ein Karton mit der Zeichnung in Originalgröße
als k291 in der Collection Nederlands Architectuurinstituut
in Rotterdam. Der Karton diente den Fliesenmalern als
Vorlage.
Im jaarverslag
1891 des Rijksmuseums Amsterdam wird unter anderem mitgeteilt,
dass die Ausgestaltung des Giebels seiner Vollendung nahe ist (de
gevelversiering nadert zijn voltooiing).
Van
het wapen van Nederland bevindt zich een karton met de tekening op
originele grootte onder nummer k291 in de Collectie Nederlands
Architectuurinstituut in Rotterdam.
Het
karton diende als voorbeeld voor de tegelschilders.
In het jaarverslag van 1891 van het
Rijksmuseum te Amsterdam wordt onder andere meegedeeld dat de
gevelversiering zijn voltooiing nadert.
03
Der Zahn der Zeit
nagte am Fliesentableau mit dem Wappen der Niederlande.
Mit der Restaurierung wurde die Friese
Tegelfabriek De Albarello aus Menaam (Menaldum) beauftragt.
De
tand des tijds knaagde aan het tegeltableau met het wapen van
Nederland.
De
restauratie werd opgedragen aan de Friese Tegelfabriek De Albarello
in Menaam (Menaldum).
04
Jede zu ergänzende
Fliese war in Form und Farbe anzupassen.
Elke tegel die aangevuld moest worden werd
in vorm en kleur aangepast.
05
Dieses
Fliesentableau in der Spitze des Mittelgiebels kann nun über lange
Zeit wieder Wind, Wetter und Luftverschmutzung trotzen.
Dit
tegeltableau in de top van de middengevel kan nu weer gedurende een
lange tijd wind, weer en luchtvervuiling trotseren.
Westgiebel (Jan Luikenstraat)
Den Westgiebel
zieren vier große Tableaus, die Persönlichkeiten aus Geschichte,
Kunst und Wissenschaften zeigen.
Westgevel (Jan Luikenstraat)
De westgevel wordt gesierd door vier grote
tableaus die personen uit de geschiedenis, kunst en wetenschap tonen.
06
Westgiebel
um 1913 (SW-Foto
im Firmenarchiv von Villeroy & Boch)
Westgevel rond 1913 (zwart-wit foto in het bedrijfsarchief van
Villeroy & Boch)
07
Das
Foto zeigt die Fliesentableaus W1 und W2
De foto toont de tegeltableaus W1 en W2
08
Fliesentableau W1
Tegeltableau W 1
Auf dem Band unter
der eigentlichen Darstellung findet man Hinweise auf die
dargestellten Personen: Gijsbrecht van Amstel, Albrecht van Beieren,
Willem Eggert, Willem Bardes, Jac Cornelissen, Bisschop van
Henegouwen, Karl V., Joost Buyk, Corn. Teunissen, Floris V.,
Maximiliaan, Allardus v. Amsterdam, Dirk Barents.
Op de strook onder de eigenlijke
voorstelling vindt men verwijzingen naar de voorgestelde personen:
Gijsbrecht van Amstel, Albrecht van Beieren, Willem Eggert, Willem
Bardes, Jac Cornelissen, Bisschop van Henegouwen, Karel V., Joost
Buyk, Corn. Teunissen, Floris V., Maximiliaan, Allardus v.
Amsterdam, Dirk Barents.
Entwurf
für das Tableau W1
(SW-Foto im Firmenarchiv von Villeroy & Boch)
Ontwerp voor het tableau W1
(zwart-wit foto in het
bedrijfsarchief van V& B)
09
10
Fliesentableau W2
Tegeltableau W2
In der rechten Bildhälfte sieht man hinter
den Personen das ‚Stadhuis op de Dam’ (1648), gebaut durch Jacob
van Campen.
Auf dem Band unter
der eigentlichen Darstellung findet man Hinweise auf die
dargestellten Personen: Christina van Zweden, Frederik Hendrik, de
Graeff, J Huydecoper, Gerard Schaap, Gl Pancras, Maria de Medicis,
Jhr. Six, Hudde, Wouter Valkemer, H. Spiegel, Cosmo de Medicis, Nic. Tulp,
Bikker, Gerbrand Pancras, Jac v Campen, J, vd Poll.
In de rechter
beeldhelft ziet men achter de personen het Stadhuis op de Dam
(1648), gebouwd door Jacob van Campen.
Op
de strook onder de eigenlijke voorstelling vindt men verwijzingen
naar de voorgestelde personen: Christina van Zweden, Frederik
Hendrik, de Graeff, J Huydecoper, Gerard Schaap, Gl Pancras, Maria
de Medicis, Jhr. Six, Hudde, Wouter Valkemer, H. Spiegel, Cosmo de
Medicis, Nic. Tulp, Bikker, Gerbrand Pancras, Jac v Campen, J, vd
Poll.
11
Fliesentableau
W3
Tegeltableau W3
In der Mitte sieht
man Rembrandt und hinter den Personen die Türme der
‚Westerkerk’.
In
het midden ziet men Rembrandt en achter de personen de toren van de
Westerkerk.
Auf dem Band unter
der eigentlichen Darstellung findet man Hinweise auf die
dargestellten Personen: Roemer Visscher, Vossius, Bredero. Stalpart
v.d. Wiele, Ferdinand Bol, Berchem, Krul, J. v. Heemskerk, Vondel,
Gosler, Rembrandt, Govert Flinck, J. v.d. Heuden, Sweelinck, P.C.
Hooft, Tesselschade, v. Baerle, Vos, de Keyzer, A.G. v. Germez, A.
Bloemert, Corn. Visser.
Op de strook onder de eigenlijke
voorstelling vindt men verwijzingen naar de voorgestelde personen:
Roemer Visscher, Vossius, Bredero. Stalpart v.d. Wiele, Ferdinand
Bol, Berchem, Krul, J. v. Heemskerk, Vondel, Gosler, Rembrandt,
Govert Flinck, J. v.d. Heuden, Sweelinck, P.C. Hooft, Tesselschade,
v. Baerle, Vos, de Keyzer, A.G. v. Germez, A. Bloemert, Corn.
Visser.
12
Entwurf für das Tableau W3 (SW-Foto im Firmenarchiv
von Villeroy & Boch)
Ontwerp voor het tableau W3 (zwart-wit foto in het
bedrijfsarchief van Villeroy & Boch)
13
Fliesentableau W4
Tegeltableau W4
14
Fliesentableau W4, signiert ’G. Sturm 1884’
Tegeltableau W4, gesigneerd ’G. Sturm
1884’
(Foto / foto Johan Kamermans)
Bildunterschrift mit
einem Text
von Joost van den Vondel (* Köln, 17.
November 1587 – †
Amsterdam, 5. Februar 1679)
Beeldonderschrift met een tekst
van Joost van den Vondel (* Keulen, 17
november 1587 –
†
Amsterdam, 5 februari 1679
„Aldus spant Amsterdam de kroon
Gerust in
haren wal gezeten
En groeit door
zegen van Gods troon
In Macht en
Rykdom ongemeten.“
Südgiebel (Museumplein), linke Seite
Zuidgevel
(Museumplein), linker kant
15
Fliesentableaus
von links S1, S2 und S3
Tegeltableau
van links S1, S2 en S3
Erläuterungen zum
Tableau S1
Bildunterschrift:
Claus Sluter – Jan Aertsz Terwen –Hendrik de Keyser
Verklaringen bij
het tableau S1
Beeldonderschrift:
Claus Sluter – Jan Aertsz Terwen –Hendrik de Keyser
Die Förderung der
Kunst ist das Thema der drei Fliesentableaus am linken Teil des Südgiebels.
Das Schaffen von Kunstwerken ist ohne Auftraggeber kaum möglich. So
zeigt das linke Tableau drei Bildhauer, die Dank entsprechender
Auftraggeber Meisterwerke schaffen konnten. Claus Sluter wird hier
dargestellt, wie er im 14. Jahrhundert im Auftrag des Herzogs von
Burgund, Phillip dem Kühnen, für das Kloster Champmol in Dijon am
Mosesbrunnen arbeitet. Jan van Terwen sieht man bei der Arbeit an
den Chorschranken der ‚Grote Kerk’ in Dordrecht und Hendrik de
Keyser, der im 17. Jahrhundert das Grabmal für Willem dem Schweiger
in der ‚Nieuwe Kerk’ in Delft schuf.
De
bevordering van de kunst is het thema van drie tegeltableaus in het
linker gedeelte van de zuidgevel. Het scheppen van kunstwerken is
zonder opdrachtgever nauwelijks mogelijk. Zo toont het linker
tableau drie beeldhouwers die dankzij de daaraan beantwoordende
opdrachtgever konden scheppen. Hier wordt Claus Sluter voorgesteld
zoals hij in de 14de eeuw in opdracht van de hertog van Bourgondië,
Philips de Stoute, voor het klooster van Champmol in Dijon aan de
Mozesbron werkt. Jan van Terwen ziet men bij de arbeid
aan de koorbanken van de Grote Kerk te Dordrecht en Hendrick de
Keyser, die in de 17de eeuw de graftombe voor Willem de Zwijger in
de Nieuwe Kerk te Delft schiep.
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 7 Kartons als k247, k273, k274, k275,
k276, k277 und k278.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 7 Kartons onder nummer k247, k273, k274, k275, k276,
k277 en k278.
16
Fliesentableau
S2
Tegeltableau
S2
Bildunterschrift:
Albrecht Dürer im Jahr 1520 in ’s Hertogenbosch von der Gilde der
Goldschmiede empfangen.
Beeldonderschrift: Albrecht Dürer in het
jaar 1520 te ’s Hertogenbosch door het Gild der Goudsmeden
onthaald.
17
Fliesentableau S2
Tegeltableau S2
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 4 Kartons als k263 Mitte unten, k264
links unten, k284 links oben und 285 rechts unten.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 4 Kartons onder nummer k263 midden onder, k264 links
onder, k284 links boven en k285 en rechts onder.
18
Fliesentableau
S3
Tegeltableau
S3
Bildunterschrift: Künstler und
Gildemitglieder bieten um das Jahr 1640 Frederik Hendrik und Amalia
von Solms ihre Werke an.
Das Ehepaar wird
hier als leuchtendes Vorbild zur Förderung der Kunst gezeigt.
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 5 Kartons als k279, k280, k281, k282 und
k283.
Beeldonderschrift: Frederik Hendrik en
Amalia van Solms omringd door kunstenaars en gildebroeders die
voortbrengselen hunner kunst aanbieden omstreeks het jaar 1640.
Het echtpaar wordt hier als een lichtend
voorbeeld voor de bevordering van de kunst getoond.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 5 Kartons onder nummer k279, k280, k281, k282 en k283.
Südgiebel (Museumplein), rechte Seite
Zuidgevel (Museumplein), rechter kant
19
20
Fliesentableaus
S4, S5 und S6
Tegeltableaus
S4, S5 en S6
21
Fliesentableau
S4
Tegeltableau
S4
Bildunterschrift: Es sind Fürsten, Städte
und Prälaten die Gouda’s Kirche mit Glasfenstern verzieren lassen
1555-1603
Beeldonderchrift:
Het zijn al
vorsten steden en prelaten Die Gouda’s kerk met glazen sieren
laten 1555-1603
22
23
Die Sint Janskerk in
Gouda ist vor allem für ihre Glasfenster bekannt. In ihr befindet
sich nahezu die Hälfte aller aus dem 16. Jahrhundert in den
Niederlanden erhalten gebliebenen Glasfenster.
De
Sint Janskerk te Gouda is vooral om zijn glasvensters bekend. Daarin
bevindt zich nagenoeg de helft van alle glasvensters uit de 16de
eeuw die in Nederland bewaard gebleven zijn.
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 7 Kartons als k203, k219, k220, k221,
k222, k227 und k240.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 7 Kartons onder nummer k203, k219, k220, k221, k222,
k227 en k240.
Jaarverslag
Rijksmuseum 1901
.... plaatsing
van het tegeltableau “Vorsten, prelaten, steden schenken
gebrandschilderde glazen aan de St Janskerk te Gouda“
24
In der Mitte Fliesentableau S5 Jan van Eyck
In het
midden tegeltableau S5 Jan van Eyck
Bildunterschrift /
Beeldonderchrift:
Jan
van Eyck als Peintre et Varlet de Chambre van Jan van Beijeren (Jean
sans Piete) werkzaam op het Hof te s’ Gravenhage tusschen
1422-1424
25
Fliesentableau
S5
Tegeltableau
S5
Jaarverslag
Rijksmuseum 1901
....plaatsing
van het tegeltableau “Jan van Eyck als peintre et varlet de
chambre van Jan van Beieren“
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 5 Kartons als k205 rechts oben, k212
Mitte unten, k213 Mitte, k234 Mitte oben und k241 rechts unten.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 5 Kartons onder nummer k205 rechts boven, k212 midden
onder, k213 midden, k234 midden boven en k241 rechts onder.
Nachschöpfung von Fliesentableaus
Immer aggressiver
wirkende Umwelteinflüsse bewirken den Verfall wertvoller
Kunstwerke. Ein Beispiel ist dieses Fliesentableau S5. Die Schäden
waren so stark, dass eine Nachschöpfung des Fliesentableaus 1977
erforderlich wurde.
Bei den im letzten
Viertel des 19. Jahrhunderts gefertigten Fliesen für die Außenwandgestaltung
des Reichsmuseums handelte es sich um das sogenannte eingelegte
Steinzeug. Zu dessen Herstellung wurden neben einer
Steinzeugbasismasse mehrere unterschiedlich eingefärbte Massen
verwendet. Diese setzten sich zusammen aus Tonen, Feldspäten,
Schamotte und oxidischen Einfärbungen soweit die gewünschten
Brennfarben nicht durch rot-, gelb- oder braun brennende Tone
erhalten wurden. Diese wurden dann bei der Formgebung in Kammern
einer Metallschablone eingefüllt, deren Anordnung dem Fliesendesign
entsprach. Nach vorsichtigem Entfernen der Metallschablone wurde die
Form mit Basismasse aufgefüllt und dann trocken gepresst. Nach dem
Putzen und Trocknen der Rohlinge wurden diese bei 1250°C dicht
gebrannt.
Het namaken van de tegeltableaus
Steeds
agressiever werkende milieu-invloeden bevorderen het verval van
waardevolle kunstwerken. Een
voorbeeld is dit tegeltableau S5. De schade was zo groot, dat
een replica van dit tableau in 1977 nodig was.
Bij de in het
laatste kwart van de 19de eeuw gemaakte tegels voor de buitenmuren
van het Rijksmuseum ging het im een zogenoemde inleg-gres. Voor het
maken werden naast een basismassa van gres verschillende ingekleurde
massa’s gebruikt. Deze waren samengesteld uit klei, veldpaat,
chamotte en kleurende oxiden voor zover de gewenste bakkleur niet
door rood, geel of bruin bakkende klei verkregen werden. Deze werden
dan bij de vormgeving in een raam van een metalen sjabloon gevuld
overeenkomstig de schikking van het decor. Na het voorzichtig
verwijderen van de metalen sjabloon werd de vorm met basismassa
gevuld en daarna droog geperst. Na het poetsen van de ruwe vorm
werden deze op 1250°C dicht gebakken.
26
Mit kritischem Blick prüft Atelierchef Heuser eine
von tausenden Fliesen. (Foto im Werksarchiv von V&B)
Met een kritische blik controleert atelierchef Heuser
een van de duizenden tegels (Foto in het bedrijfarchief van V&B)
Die Entwicklung
einer völlig neuen Dekorationstechnik ermöglichte die stilgerechte
Erneuerung der riesigen Fliesenbilder am Amsterdamer Reichsmuseum.
Zum Erzielen der erforderlichen Farbnuancen wurde im Labor von
V&B in Merzig ein spezielles Verfahren entwickelt, das den
Effekt der im letzten Viertel des 19. Jahrhunderts angewandten
Technik perfekt nachahmt und dabei die hoch komplizierten
Metallformen entbehrlich macht.
De
ontwikkeling van een volledig nieuwe decoratietechniek maakte het
mogelijk de in stijl uitgevoerde vernieuwing van de reusachtige
tegeltableaus aan het Rijksmuseum te Amsterdam uit te voeren. Voor
het verkrijgen van de vereiste kleurnauances werd in het
laboratorium van V&B in Merzig een speciaal procédé ontwikkeld
die het effect van in de het laatste kwart van de 19de eeuw
gebruikte techniek nabootst en waarbij de hoog gecompliceerde
metalen vormen gemist kunnen worden.
27
Fliesentableau
S5 und S6
Tegeltableau
S5 en S6
28
Fliesentableau
S6
Tegeltableau S6
Bildunterschrift / Beeldonderschrift:
Stichting van
‘t kasteeltje s’ Gravenhage door Graaf Willem II van Holland
Im Nederlands
Architectuurinstituut liegen die von Georg Sturm für dieses Tableau
in Originalgröße gemalten 5 Kartons als k248, k287, k288, k289 und
k290.
In het Nederlands Architectuurinstituut
liggen de door Georg Sturm voor dit tableau in originele grootte
geschilderde 5 Kartons onder nummer k248, k287, k288, k289 en k290.
Ostgiebel
(Hobbemakade)
Oostgevel
(Hobbemakade)
29
Fliesentableaus O1, O2,
O3 und O4
Tegeltableaus
O1, O2, O3 en O4
Die vier
Fliesentableaus zeigen bedeutende kunsthistorische Begebenheiten:
Mönche des Klosters
Aduard, das Begräbnis von Bernulphus in Utrecht, die Gründung des
Palastes durch Karl den Großen in Nijmegen und die Gründung der
Basilika Sankt Servatius in Maastricht.
De vier tableaus
tonen belangrijke kunsthistorische gebeurtenissen:
Monniken van het
klooster Aduard, de begrafenis van Bernulphus in Utrecht, de
stichting van het paleis door Karel de Grote in Nijmegen en de
stichting van de basiliek Sint Servaas in Maastricht.
30
Fliesentableau O1
Tegeltableau
O1
Bildunterschrift / Beeldonderschrift:
Kunst en letteren
door de geestelijke orden bevorderd. De Cisterciensers in de Abdij Aduard omstreeks 1200.
Das eigentliche
Bildfeld besteht aus1056 Fliesen.
Het eigenlijk beeldveld bestaat uit 1056
tegels.
Jaarverslag
Rijksmuseum 1898
...plaatsing van
het tegeltableau „De Cisterziënsers in de abdij Aduard, omstreeks
1200“ gemaakt door cartons van Prof. G. Sturm.
31
Fliesentableau O2
Tegeltableau
O2
32
Fliesentableau O2
Tegeltableau
O2
Bernold oder
Bernulphus war von 1027 bis 1054 Bischof von Utrecht. Er wird als
Heiliger verehrt.
Bernold
of Bernulphus was van 1027 tot 1054 bisschop van Utrecht. Hij
wordt als heilige vereerd.
Jaarverslag
Rijksmuseum 1899
...plaatsing van het tegeltableau
„Bisschop Bernulphus begraven in de St Pieterskerk te Utrecht,
1054“
33
Fliesentableau O3
Tegeltableau
O3
34
Fliesentableau O3
Tegeltableau
O3
Karl der Große ließ
777 auf den Mauern des Kastells von Nijmegen eine Pfalz bauen, die
aber erst nach seinem Tod fertiggestellt wurde.
Karel
de Grote liet in 777 een paleis bouwen op de muren van het kasteel
van Nijmegen, die echter eerst na zijn dood gereed kwam.
Jaarverslag
Rijksmuseum 1899
...plaatsing van
het tegeltableau „Stichting van het palais te Nijmegen door Karel
de Groote“.
35
Fliesentableau O4
Tegeltableau
O4
36
Fliesentableau O4
Tegeltableau
O4
Jaarverslag
Rijksmuseum 1898
…plaatsing
van het tegeltableau “Stichting van de basiliek van St Servaas te
Maastricht door Monolphus omstreeks 570”
Tableaus
in Sgraffito-Technik
Villeroy
& Boch führte1896 zwei Tableaus in Sgraffito-Technik für den Südgiebel
aus.
Villeroy & Boch voerde in 1896 twee
tableaus uit in sgraffito-techniek voor de zuidgevel.
37
20. Februar 1896
1 Bild in
Sgraffito-Ausführung nach Zeichnung
16 qm franco à 51.00
M. 816.00
Packung M. 10.00
M. 826.00
========
38
20. März 1896
1 Bild in
Sgraffito-Ausführung nach Zeichnung
16 qm franco à 51.00 M. 816.00
Packung M. 9.00
M. 825.00
========
39
Südgiebel mit den beiden Sgraffito-Tableaus.
Zuidgevel
met de twee tableaus in sgraffito-techniek.
40
Unter den beiden
Sgraffito-Tableaus sieht man Fliesentableaus mit den Jahreszahlen
MDCXXX-IX und MDCXXXX-V
Onder de twee tableaus in sgraffito-techniek
ziet men tegeltableaus met de jaartallen MDCXXX-IX und MDCXXXX-V
41
Das
Sgraffito-Tableau ähnelt in seiner Struktur einem bleiverglasten
Fenster.
Het sgraffito-tableau vertoont in zijn
structuur veel overeenkomst met een glas-in-lood venster.
42
Im Nederlands
Architectuurinstituut in Rotterdam liegt als t410/1042 im Archiv
Cuypers dieser von Georg Sturm gezeichnete Karton, Vorlage für das
Tableau Abbildung 40.
In het Nederlands Architectuurinstituut ligt
onder nummer t410/1042 in het archief van Cuypers deze door Georg
Sturm getekende karton, voorbeeld als voor het tabelau van
afbeelding 40.
43
Tableau über dem rechten Durchgang
Tableau
boven de rechter doorgang
Anhang
Vertrag zwischen P.J.H.
Cuypers und Villeroy & Boch vom 14. Oktober 1893
Bijlage
Verdrag
tussen P.J.H. Cuypers en Villeroy & Boch van 14 oktober 1893
Transliteration des Vertragstextes
Op heden den 14en
October 1800 drie en negentig is tusschen de ondergeteekenden
P.J.H. Cuypers, architect der Rijks-Museumgebouwen te Amsterdam,
ten deze handelende voor en namens den staat der Nederlanden, als
daartoe gemachtigd door Zijne Excellentie, den Minister van
Binnenlandsche Zaken bij schrijven van 10 October 1893 N°. 2031.
afdeeling K. W. ter eenre
en
Villeroy en Boch,
fabrikanten te Mettlach ter andere, het navolgende
overeengekomen:
Art.
1.
Contractanten ter
andere verbinden zich tot de uitvoering van het decoratief
tegelwerk,(meer bepaaldelijk dat waarop figuren en historische
tafereelen zullen worden voorgesteld) aan het Rijks-Museumgebouw
te Amsterdam geheel naar de cartons, die hun daartoe door den
contractant ter eenre zullen worden verstrekt en tegen
eene vergoeding van: dertig gulden per vierkanten meter,
betaalbaar op declaratiën, telkens nadat 10 m2 van de levering zijn
opgenomen en goedgekeurd, waarbij echter van het verschuldigde
bedrag 1/10 zal worden ingehouden als waarborg voor de behoorlijke
vervulling van al de hiermede aangegane verplichtingen zullende dit
1/10 gedeelte worden uitbetaald een jaar na de goedkeuring
van het betrokken gedeelte van het werk.
Art.
2.
De kwaliteit der
tegels en de uitvoering (in zes tinten) zal geheel moeten
beantwoorden aan de door contractanten ter andere ingeleverde
proeven, die in het bezit zijn van contractant ter eenre.
Art.
3.
Contractanten ter
andere zullen gehouden zijn elke op te geven hoevelheid tegels
te leveren binnen drie maanden, nadat zij in het bezit zullen
zijn gesteld van de betrekklijke cartons.
Art.
4.
Voor elken dag dat
de in het vorig artikel bepaalde datum word overschreden ondergaan contractanten
ter andere eene boete van: tien gulden te korten van het
bedrag hunner declaratie.
Art.
5.
Contractanten ter
andere zullen zich bij de uitvoering en aflevering van het werk
geheel moeten gedragen naar de voorschriften en bevelen hun door den
architect voornoemd te verstrekken en de door dezen te bepalen
tijdstippen en volgorde der leveringen getrouw moeten nakomen op
boete als in vorig artikel bepaald.
Art.
6.
De contractanten
ter andere zullen verplicht zijn de hun ter uitvoering
overhandigde cartons ongeschonden aan contractant ter
eenre telkens bij iedere aflevering terug te geven, zullende zij
in geval van beschadiging de waarde der cartons moeten vergoeden.
Art.
7.
De kosten dezer
overeenkomst en die op de betalingstukken vallende zijn ten laste
van contractanten ter andere.
Contractanten ter andere Contractant ter eenre
(Villeroy
& Boch) (P.J.H. Cuypers)
Goedgekeurd.
‘s- Gravenhage, 1 December 1893
De Minister van Binnenlandse Zaken
voor den Minister
de Secretaris Generaal
(?)
Fliesentableaus von J. van Hulst aus Harlingen
Tegelwerk
uitgevoerd door J. van Hulst te Harlingen
Über Fenstern des
Gebäudes sieht man Bogenfelder mit Blattornamenten, Namen oder
Brustbilder großer niederländischer Künstler. Diese Felder
entwarf Bart van Hove, J. van Hulst aus Harlingen fertigte die
Fliesen. Auch die Fliesen für die dreieckigen Felder fertigte J.
van Hulst.
Rondom het gebouw zijn boven de ramen namen
of borstbeelden aangebracht van grote Nederlandse kunstenaars. De
beelden werden ontworpen door Bart van Hove en de namen uit de
tablaus door J. van Hulst te Harlingen. Ook het tegelwerk in de
driehoekige tableaus in tympanen is uitgevoerd door J. van Hulst te
Harlingen.
44
Erläuterungen
(1) Die Batavische Republik (niederl.: Bataafse
Republiek, neuniederl.: Bataafsche Republiek) war eine durch französischen
Revolutionsexport errichtete
Tochterrepublik, gebildet aus der Republik der Sieben Vereinigten
Provinzen, ausgerufen am 19. Januar 1795, umgewandelt in das Königreich
Holland am 5. Juni 1806. Die Bezeichnung der Republik als
„batavisch“ orientierte sich, dem damaligen Zeitgeist
entsprechend, am antiken Volk der Bataver. (Wikipedia)
(1) De Bataafse Republiek was een door de Franse
revolutie opgerichte
dochterrepubliek, gevormd uit de republiek der Zeven Verenigde
Provincies, uitgeroepen op 19 januari 1795 en omgedoopt in het
Koninkrijk Holland op 5 juni 1806. De betekenis van de republiek als
‚bataafs‘ oriënteerde zich en overeenkomend met de toenmalige
tijdgeest met het antieke volk van de Batavieren.
(2)
Isaac Jan Alexander Gogel (* 10. Dezember 1765, Vught –
† 13. Juni 1821, Overveen)
war erster Finanzminister der Batavischen Republik). (Wikipedia)
(2) Isaac Jan Alexander Gogel (* 10 december
1765, Vught – † 13 juni 1821, Overveen) was eerste minister
van financiën van de Bataafse Republiek).
(3) Louis Napoléon Bonaparte (* 2. September 1778 in
Ajaccio, Korsika; † 25. Juli 1846 in Livorno) war einer von vier
Brüdern des Kaisers Napoleon I. von Frankreich. Von 1806 bis 1810
war er als „Lodewijk Napoleon“ König des von seinem Bruder
geschaffenen Königreichs Holland. (Wikipedia)
(3)
Louis Napoléon Bonaparte (* 2 september 1778 in Ajaccio, Corsica;
† 25 juli 1846 in Livorno) was een van de vier broers van keizer
Napoleon I. van Frankrijk. Van 1806 tot 1810 was hij als „Lodewijk
Napoleon“ koning van het door zijn broer geschapen Koninkrijk
Holland.
(4) Wilhelm Friedrich Prinz von Oranien-Nassau (* 24.
August 1772 in Haag; † 12. Dezember 1843 in Berlin) war (als
Wilhelm VI.) Prinz von Oranien (1795–1813), Fürst von Fulda, Graf
von Corvey, Weingarten und Dortmund (1802–1806) und (als Willem
I.) Souveräner Fürst der Niederlande (1813–1815), König der
Niederlande und Großherzog von Luxemburg (1815–1840) sowie Herzog
von Limburg (1839–1840). (Wikipedia)
(4) Willem Frederik, prins van
Oranje-Nassau (* 24 augustus 1772 in Den Haag; † 12 december 1843
in Berlin) was (als Willem VI) Prins van Oranje (1795–1813), vorst
van Fulda, Graaf van Corvey, Weingarten en Dortmund (1802–1806) en
(als Willem I.) souverein vorst van de Nederlanden (1813–1815),
koning van de Nederlanden en Groothertog van Luxemburg (1815–1840)
als ook Hertog van Limburg (1839–1840). (Wikipedia)
(5) Das breiteste Wohnhaus in Amsterdam mit einer
Breite von 22 Metern ist das Trippenhuis am Kloveniersburgwal Nr.
29. Es wurde 1660 von den Brüdern Lodewijk und Hendrick Trip
erbaut. (Wikipedia)
(5) Het breedste woonhuis in Amsterdam met een breedte
van 22 meter is het Trippenhuis aan de Kloveniersburgwal Nr.
29. Het werd 1660 door de broers Lodewijk en Hendrick Trip gebouwd.
(6) P.J.H. (Petrus Josephus Hubertus) Cuijpers,
Nachname allgemein verbreitet in der Schreibweise Cuypers, mit
Vornamen auch Pierre genannt, (* 16. Mai 1827 in Roermond; † 3. März
1921 ebenda) war ein niederländischer Architekt sowie Kunst- und
Kunsthandwerksunternehmer. Er gilt als einer der bedeutendsten
Architekten des Historismus. Pierre Cuypers leitete im letzten
Viertel des 19. Jahrhunderts in den Niederlanden und auch anderen Ländern
den Neu- oder Umbau zahlreicher Gebäude, insbesondere von Kirchen.
1877 begann er den Bau des 1885 seiner Bestimmung übergebenen
Reichsmuseums in Amsterdam. (Wikipedia)
(6)
P.J.H. (Petrus Josephus Hubertus) Cuijpers, familienaam algemeen
verbreid in de schrijfwijze Cuypers, met voornaam ook Pierre
genoemd, (* 16 mei 1827 in Roermond; † 3
maart 1921 aldaar) was een Nederlandse architect. Hij geldt
als een van de belangrijkste architecten van het historisme. Pierre
Cuypers leidde in het laatste kwart van de 19de eeuw in Nederland en
ook in andere landen de nieuwbouw of verbouwing van talrijke
gebouwen, in het bijzonder van kerken. In 1877 begon hij de bouw van
het in 1885 aan zijn bestemmung
overgedragen Rijksmuseum in Amsterdam.
(7) Jhr. mr. Victor Eugène
Louis de Stuers (* 20. Oktober 1843 in Maastricht; - † 21. März 1916 in Den Haag,) war ein
niederländischer Jurist und Politiker. Er gilt als der Begründer
der niederländischen Denkmalpflege.
(7) Jhr. mr. Victor Eugène Louis de
Stuers (* 20 oktober 1843 in Maastricht; - † 21 maart 1916 in Den
Haag) was een Nederlandse jurist en politicus. Hij geldt als de
oprichter van de ’Nederlandse monumentenzorg’ (Wikipedia)
(8)
Bart van Hove (* 1850 in den Haag – † 1914 in Amsterdam), war
ein niederländischer Bildhauer. Er war nach einem gewonnenen
Wettbewerb maßgeblich an der Gestaltung der Skulpturen am
Amsterdamer Reichsmuseum beteiligt. (Wikipedia)
(8)
Bart van Hove (* 1850 in Den Haag – † 1914 in Amsterdam), was
een Nederlandse beeldhouwer. Hij was na een gewonnen prijsvraag
toonaangevend bij het vormgeven van de sculptures aan het
Amsterdammer Rijksmuseum betrokken.
(9) J.F. Vermeylen gewann zusammen mit B. van Hoeve
einen Wettbewerb zur Gestaltung der Skulpturen am Amsterdamer
Rijksmuseum. François Vermeylen, aus der belgischen Stadt Leuven,
schuf vor allem die Skulpturen zur Verherrlichung der niederländischen
Kunst über den Torbögen des Nordgiebels an der Stadhouderskade.
(9) J.F. Vermeylen won samen mit B. van
Hoeve een prijsvraag voor het vormgeven van de sculptures aan
Amsterdammer Rijksmuseum. François Vermeylen, uit de Belgische stad
Leuven, schiep vooral de sculptures ter verheerlijking van de
Nederlandse kunst boven de poortbogen van de noordgevel aan de
Stadhouderskade.
(10) Georg Sturm (* 1855 in Wien - † 1923 in
Amsterdam), Lehrer an der ’Rijksschool voor Kunstnijverheid’ in
Amsterdam schuf die Entwürfe und Kartons für alle Fliesentableaus
am Rijksmuseum. Für den Innenbereich des Museums schuf er zusätzlich
monumentale dekorative Gemälde.
10) Georg Sturm (* 1855 in Wenen - † 1923 in
Amsterdam), leraar aan de ’Rijksschool voor Kunstnijverheid’ in
Amsterdam, schiep de ontwerpen en kartons voor alle tegeltableaus
aan het Rijksmuseum. Voor het intereur van het museum schiep hij
bovendien monumentale decoratieve schilderijen.
(11) Villeroy & Boch, kurz V&B, ist ein
deutscher Hersteller von Keramikwaren, der seine Hauptniederlassung
in Mettlach (Saarland) hat. Er ist nach seinen beiden Gründern François
Boch und Nicolas Villeroy benannt. Die Terracottafabrik von Villeroy
& Boch in Merzig an der Saar lieferte in den Jahren 1894 bis
1902 Fliesentableaus für die Außenwandgestaltung des Reichsmuseums
in Amsterdam.
(11)
Villeroy & Boch, kort V&B, is een Duitse fabrikant van
keramische producten, met de hoofdvestiging in Mettlach (Saarland).
Het bedrijf is naar de twee oprichters François Boch en Nicolas
Villeroy benoemd. De Terracottafabrik van Villeroy & Boch in
Merzig aan de Saar leverde in de jaren 1894 tot 1902 tegeltableaus
voor de buitengevels van het Rijksmuseum te Amsterdam.
(12)
Josephus Albertus (Joseph) Alberdingk Thijm (* 13. August
1820 in Amsterdam - † 17. März 1889 in Amsterdam) war Verfasser
von Gedichten und historischen Novellen. Alberdingk Thijm, ein
prominenter Vertreter des katholischen Lebens in den Niederlanden,
war Lehrer an der ’Rijksacademie voor Beeldende Kunsten’ in
Amsterdam. Seine Veröffentlichungen über die Gotik waren von großem
Einfluss auf den jungen Architekten P.J.H. Cuypers, der 1859
Alberdingk Thijms Schwester Antoinette heiratete.
(12) Josephus Albertus (Joseph) Alberdingk Thijm (* 13
augustus 1820 in Amsterdam - † 17 maart 1889 in Amsterdam)
was schrijver van gedichten en historische novelles. Alberdingk
Thijm, een prominente vertegenwoordiger van het katholieke leven in
Nederland, was leraar aan de ’Rijksacademie voor Beeldende
Kunsten’ in Amsterdam. Zijn publicaties over de gotiek waren van
grote invloed op de jonge architect P.J.H. Cuypers, die in 1859 de
zuster van Alberdingk Thijm, Antoinette,
huwde.
(13) P.J.H. Cuypers beauftragte 1884 J. van Hulst aus
Harlingen, nach von Georg Sturm geschaffenen Entwürfen und Kartons,
u.a. Fliesentableaus für die Nordfassade des Hauptgebäudes zu
liefern. 1886 wurde van Hulst mit Anfertigungen von Bogenfeldern über
Fenstern beauftragt.
(13) P.J.H. Cuypers gaf in 1884 opdracht aan J. van
Hulst te Harlingen onder andere tegeltableaus voor de noordfaçade
van het hoofdgebouw te leveren naar de ontwerpen en kartons van
Georg Sturm. In 1886 kreeg Van Hulst de opdracht voor het maken van
de boogvullingen boven de vensters.
(14) J. Schoonenburg en C.J. Maks aus Amsterdam
erhielten 1884 vom Architekten P.J.H. Cuypers einen Auftrag erste
gelieferte Fliesentableaus an Außenwände des Museums anzusetzen.
(14)
J. Schoonenburg en C.J. Maks uit Amsterdam kregen in 1884 van de
architect P.J.H. Cuypers een opdracht de eerste geleverde
tegeltableaus voor de buitenmuren van het museum aan te brengen.
Literatur
/ Literatuur
Victor de Stuers,
Het Rijks-Museum te Amsterdam,
Amsterdam, van Holkema en Warendorf, (1896). Gr.
in-folio. 52 cm. In
12 afleveringen verschenen.
G.B.,
Fliesen-Tableaus am Museum in: Keramos,
Werkszeitschrift der Villeroy & Boch keramische Werke KG,
Mettlach 1977
Judikje Kiers en Fieke Tissink, Het Rijksmuseum -
Van schets tot schatkamer -. Rijksmuseum Amsterdam 1992
Hans van Lemmen,
Der Vormarsch der Maschine
in: Fliesen in Kunst und Architektur, DVA Stuttgart 1994
Margit Euler,
Studien zur Baukeramik von Villeroy
& Boch 1869-1914 (Dissertation Bonn 1994)
Wilhelm Joliet,
Fliesen im 19. und frühen 20.
Jahrhundert in: Die Geschichte der Fliese, Köln 1996
Herman van Gessel,
De voorgevel van het
Rijksmuseum in: Kunstkrant Nr. 5 / 1999
Rob Delvigne en Frans Landzaat,
Georg Sturm,
ontwerper naast Pierre Cuypers in: TEGEL 30/2011
Mein Dank gilt den Mitarbeitern des Werksarchivs von
Villeroy & Boch in Merzig,
den Mitarbeitern des Nederlands
Architectuurinstituut, Bart van Rijn für seine ’Conclusie na
raadplegen herkomst van de keramische werken van gevels van het
Rijksmuseum’, Jan Pluis aus Noord-Sleen für die Überarbeitung
niederländischer Texte und meinem Sohn Norbert für die
Aufbereitung des Berichtes für das Internet.
Mijn dank geldt de medewerkers van het
bedrijfsarchief van Villeroy & Boch in Merzig, de medewerkers van het Nederlands Architectuurinstituut. Bart van
Rijn voor zijn ’Conclusie na raadplegen herkomst van de keramische
werken van gevels van het Rijksmuseum’,
Jan Pluis uit Noord-Sleen voor de bewerking van de Nederlandse tekst
en mijn zoon Norbert voor de klaarmaken van het bericht
voor het internet.
|